Binnen het onderwijs wordt regelmatig gebruik gemaakt van auteursrechtelijk beschermde werken: (les)boeken, krantenknipsels, televisiedocumentaires, muziek. Het auteurs- en naburig recht is er in de eerste plaats voor bedoeld om de makers van hun werk dat werk commercieel te kunnen (laten) exploiteren. Zo kunnen zij, net als ieder ander, geld verdienen met hun werk. Ook houden zij zo zeggenschap over hun werk. Voor gebruik binnen het onderwijs zijn echter uitzonderingen in de wet opgenomen, waardoor onder bepaalde voorwaarden geen toestemming van de rechthebbende nodig is voor het gebruik van een beschermd werk of alleen een billijke vergoeding moet worden betaald.
Let wel: het gaat hier om onderwijs dat door de overheid of door een rechtspersoon zonder winstoogmerk wordt gegeven.
Onderwijs en de wet
Gebruik voor onderwijsdoelstellingen heeft binnen het auteurs- en naburig recht een speciale plek. Binnen het onderwijs mag veel meer met auteursrechtelijk beschermde werken dan normaal gesproken het geval is. Anders zou onderwijs te veel worden belemmerd. Om muziek buiten de huiselijke kring af te spelen (openbaar maken) is toestemming nodig van de makers, wat in de praktijk meestal via
BumaStemra en
Sena loopt. Binnen het onderwijs mag dat onder omstandigheden ook zonder die toestemming.
Binnen het onderwijs mag veel meer met auteursrechtelijk beschermde werken dan normaal gesproken het geval is, anders zou het onderwijs te veel worden belemmerd. De vuistregel is: als auteursrechtelijk beschermd werk in de klas openbaar wordt gemaakt voor onderwijsdoeleinden, denk aan het laten horen van muziek, het tonen van beeld of het voordragen van tekst, dat dit mag zonder toestemming of vergoeding. Voor openbaar maken van auteursrechtelijk beschermd werk dat niet onder het leerplan valt, bijvoorbeeld muziek of voorstellingen tijdens feest- en klassenavonden, is die toestemming wél nodig en hiervoor moet ook een vergoeding worden betaald. Daarvoor zijn diverse collectieve regelingen getroffen.
Het reproduceren van auteursrechtelijk beschermd werk als toelichting of aanvulling, niet vervanging, is onder voorwaarden toegestaan tegen een billijke vergoeding. Denk bijvoorbeeld aan kopieën van boeken, tijdschriften of dagbladen, los of gebundeld. Daarvoor bestaan regelingen met Stichting
Reprorecht en Stichting
Uitgeversorganisatie voor Onderwijslicenties (UvO).
Let wel: deze uitzonderingen zijn in beginsel alleen bedoeld voor onderwijs dat uit naam van de overheid of door een rechtspersoon zonder winstoogmerk wordt gegeven. Ook dienen de persoonlijkheidsrechten van de maker in acht te worden genomen, met name naams- en bronvermelding en geen wijzigingen in het gekopieerde of overgenomen gedeelte van het werk aanbrengen.
Vuistregels: wat mag wel en wat niet?
• Schoolboeken zijn speciaal voor het onderwijs geschreven. De school koopt de boeken bij de uitgeverij, deze zorgt ervoor dat de auteur de tussen de uitgever en auteur afgesproken vergoeding krijgt. Het is niet toegestaan om een heel schoolboek te kopiëren voor één of meer leerlingen. Iedereen moet zijn eigen boek hebben. Een stukje kopiëren mag wel, zoals hieronder nader zal worden omschreven.
• Een kort artikel of een klein gedeelte uit een boek mag u fotokopiëren om als lesmateriaal te gebruiken. Voor de fotokopieën die u hiervoor maakt betaalt de school een vergoeding aan de Stichting
Reprorecht.
• Voor verhuur van schoolboeken is toestemming nodig van de rechthebbenden. Tussen de uitgever en de boekhandel is hiervoor een vergoedingsregeling getroffen.
• Boeken uitlenen via de schoolbibliotheek mag, het ministerie van OCW heeft daarvoor een vergoedingsregeling getroffen met de organisaties van makers en uitgevers.
• Muziek mag binnen een klas ten gehore worden gebracht en besproken worden, bijvoorbeeld tijdens de muziekles of om de tekst te analyseren tijdens taalonderwijs.
• Ook tijdens lichamelijke opvoeding mag u muziek ten gehore brengen als dit een (onderwijs)doel dient, bijvoorbeeld (jazz)balletlessen.
• Voor het ten gehore brengen van muziek tijdens een schooldisco of in de pauzes moet een vergoeding worden betaald aan
Sena en
BumaStemra. Waarschijnlijk heeft uw school een algemene gebruikersovereenkomst gesloten met beide organisaties.
• Voor het overnemen van gedeelten van auteursrechtelijk beschermd werk in een eigen samengestelde bundel ten behoeve van het onderwijs (bijvoorbeeld in een reader) of in een digitale leeromgeving die uitsluitend toegankelijk is voor docenten en leerlingen, dient uw onderwijsinstelling een vergoedingsregeling treffen met de Stichting Uitgeversorganisatie voor Onderwijslicenties (UvO). Deze regeling ziet op het gebruik van korte gedeelten of korte werken. Zie voor meer informatie, voorwaarden en tarieven:
Onderwijsinstellingen | UvO.
Ook een film - al dan niet opgenomen van televisie - mag u als lesmateriaal gebruiken als dit valt binnen het onderwijsplan. Als de film gebruikt wordt ter vermaak op een klassenavond, wordt dit niet gezien als onderwijssituatie en daarvoor moet u een regeling treffen.
FilmService geeft namens de filmrechthebbenden auteursrechtelijke toestemming voor filmvertoningen.